Afgelopen week zwom ik in zee bij Vlieland. Elke keer weer een heerlijke ervaring: me laten optillen door de golven. Meedeinen op het ritme van de zee en het tikken van de tijd vergeten. Kees houdt er niet van, van zwemmen in de zee. Hij kijkt liever toe op het strand en als ik zwem blijft hij verdacht veel in mijn buurt. Vrolijk zwaai ik naar hem. Waarom houdt hij me in de gaten? Hij is bang voor muien. Ik ben altijd wat laconieker en naïever dan hem en negeer zijn bezorgdheid. Tot afgelopen zomer. Ik schrok van de zuigende kracht van muien. Zoveel slachtoffers...
Je zult maar in zo’n geul en krachtige stroming terecht komen. Ik ken een stroomversnelling alleen maar uit het zwembad. Dan verhoogt het juist het zwemplezier en geniet ik van het tikkertje spelen met de kleinkinderen. Het kost best moeite om uit de stroomversnelling te breken en de tikker te vlug af te zijn. Maar goed, dit even terzijde. Terug naar de zuigende kracht van de mui.
In m'n werk vanuit ‘Veerkracht’ en uit mijn eigen leven weet ik dat het in ons hoofd ook kan 'muien'. De mui bestaat dan uit gedachten die je naar beneden trekken. Dan denk ik niet aan muizenissen of beslommeringen die komen en weer gaan, maar aan een basisovertuiging over jezelf waar je sterk in gelooft. En wel zó sterk dat je doen en laten er door wordt gekleurd. Meestal herken je die basisovertuiging aan je reactie 'zie je wel!' Dat gaat dan zo: een onvoldoende voor je tentamen? “Zie je wel, wat ben ik toch een minkukel!” Je fiets gestolen? “Zie je wel, dat heb ík weer!” Geen aansluiting op een feestje? “Zie je wel, ik ben een saaie piet!” Zwaait een bekende niet naar je in het voorbijgaan? "Zie je wel, ze moet me niet!" Kortom, het zijn reacties die voortkomen uit een niet al te positieve basisovertuiging. Een basisovertuiging die ik regelmatig terug zie komen is 'ik ben niet goed genoeg'. Bij de minst geringe fout die je maakt of bij een teleurstellende gebeurtenis zit je in de zuigende kracht van de, zoals ik het noem, ‘ziejewel-mui’.
Nou, lekker opbeurend, zul je zeggen, zo'n blog over naar beneden trekkende muien. Het goede is dat je eruit kunt komen. Hoe dan? Je kunt het een beetje vergelijken met een mui in zee. Kom je erin terecht, dan moet je niet als een malle ertegenin gaan zwemmen, maar je laten meevoeren. En eruit breken als de kracht vermindert. Zo ook met je 'ziejewel-mui': eerst stoppen met verzetten en meegaan. Dat is verkennen, erkennen en accepteren; daarna uitbreken en een ándere overtuiging eigen maken. Een positieve overtuiging die klopt. Enfin, ik kan hier natuurlijk geen therapie geven en houdt het hierbij. Waar het me om gaat is áls je de zuigende kracht van een 'ziejewel-mui' voelt, laat-ie je dan niet onnodig energie kosten. Als het je alleen niet lukt om eruit te komen, schroom dan niet om hulp in te roepen. Er is altijd wel iemand die met je in zee gaat. Houd voor ogen: leven zonder dit 'gemui' geeft een zee van ruimte.