Gelukkige eenzaamheid/ Beata solitudo, zinsnede uit gedicht 'Encomio Solitudinis,' ‘lofzang op de eenzaamheid’ in 1566 geschreven door Nederlandse monnik Cornelius Musius Delphius
Op de voorgevel van dit oude klooster staan de woorden: ‘Beata Solitudo’. Gelukkige eenzaamheid. Is dat niet tegenstrijdig: gelukkig en eenzaam? Eenzaamheid, daar word je toch niet blij van?! Het is zelfs een gevaar voor de volksgezondheid. Vandaag is de week tegen de eenzaamheid weer voorbij. En nu? Het woord ‘tegen’ zegt genoeg, we moeten er samen tegenaan. Hoe belangrijk dat dit landelijk gedragen wordt. Met elkaar willen we ‘tegen’ het ongelukkige gevoel strijden, die sociale en emotionele eenzaamheid teweeg brengt. De focus is vooral gericht op het vergroten van het sociale netwerk en het stimuleren van intimiteit. Dit laatste is het lastigste, omdat het gepaard gaat met kwetsbaarheid.
Beata Solitudo: ik heb geen idee waarom de monniken de lofzang op de eenzaamheid hebben ingezet, - wie het weet mag het zeggen- maar deze kop gebruik ik maar als opstapje naar mijn speerpunt in deze blog. Namelijk dat er een eenzaamheid is die elk mens in zich heeft. Dit wordt existentiele eenzaamheid genoemd. Het heeft te maken met het ‘alleen geboren worden en het alleen sterven’. Ons bestaan is eenmalig, eindig en onherhaalbaar en roept zingevingsvragen op. Deze eenzaamheid weten kleine kinderen al te herkennen. Dit wordt mooi verwoord in het boek ‘De omhelzing’ van David Grossman:
'Je bent lief,’ zei de moeder van Ben.
Ze liepen in het veld en het was laat in de middag.
‘Je bent zo ontzettend lief, zoals jij is er niemand op de hele wereld.
’Is er echt niemand zoals ik?’ vroeg Ben.
‘Nee, zei zijn moeder. ‘Jij bent de enige!’
‘Waarom is er niemand op de hele wereld zoals ik?’
‘Omdat iedereen uniek is en heel speciaal,” lachte zijn moeder.
‘Ik wil niet de enige zoals ik op de hele wereld zijn,’ zei Ben.
‘Waarom niet? Het is prachtig om zo uniek en speciaal te zijn!’ zei zijn moeder.
‘Maar dan ben ik helemaal alleen!’ zei Ben.
‘Je bent niet alleen,’ zei zijn moeder, ‘ik ben ook speciaal en uniek, en papa is dat ook.’
‘Bedoel je dat er op de hele wereld ook niemand is zoals jij?’
‘Klopt, ’zei zijn moeder, ‘van iedereen is er maar één.’
‘Dus iedereen is alleen?’
‘Iedereen is een beetje alleen, maar ook samen, ze zijn alleen en niet alleen.’
‘Hoe kan het dat allebei zijn?’ vroeg Ben.
‘Jij bent de enige zoals jij en ik ben de enige zoals ik, maar als ik jou nu een knuffel geef, dan ben je niet alleen en ik ben ook niet alleen.’
‘Knuffel me dan maar,’ zei Ben en hij omhelsde zijn moeder en dacht:
’nu ben ik niet alleen.’
Kijk, dít te kunnen: de ander omhelzen vanuit het besef uniek en kostbaar te zijn, dan kun je tegen een stootje. Dan kan ik namelijk van hieruit de beweging naar de ander maken en me op mijn eigen unieke wijze verbinden met de ander en geven dat wat in mij zit. Existentiele eenzaamheid is dan niet bedreigend, maar gewoon goed. Vorige week was ik bij mijn vriendin- ze is ongeneeslijk ziek- en ik vertelde haar dat ik zat te zweten op deze blog. En vroeg of zij het herkende, die existentiële eenzaamheid waar geluk in zit. Eerst proefde ze de woorden ‘Beata Solitudo’ en spontaan zei ze: “ja juist omdat dát er gewoon ís, kunnen we onze gevoelens delen met elkaar en elkaar omhelzen!”
Ik was verrast dat zij het woord 'omhelzen' gebruikte. Dit sluit zo mooi aan bij de omhelzing van Ben en zijn moeder dat ik het er maar op waag deze blog te sturen, ook al blijft het thema ingewikkeld en een mysterie. Wat was nu ook al weer mijn speerpunt? O ja, dat wanneer ik de existentiele eenzaamheid niet uit de weg ga, de weg vrij komt om me vanuit mijn uniciteit te verbinden met de ander. Die week samen tegen de eenzaamheid kan me niet lang genoeg duren.